Alle hens aan dek

geplaatst op 10 september 2020

De coronacrisis eist zijn tol. Niet alleen onder de slachtoffers en hun familieleden, ook voor het ziekenhuispersoneel zijn het zware tijden. In gesprek met Alja van der Lugt-Knol (49), werkzaam op de afdeling Intensive Care van het LUMC.

Wat is je beroep en welke werkzaamheden horen daarbij?

‘Als Intensive Care (IC) verpleegkundige verpleeg ik patiënten bij wie een of meerdere vitale functies kunstmatig worden overgenomen. Ik begeleid hen en hun naasten in het ziekteproces, waak over de vitale functies en anticipeer op wat ik zie. Op deze afdeling verlenen we hoog complexe zorg. De situatie van de patiënt kan acuut veranderen en daarom moeten we snel en accuraat kunnen handelen.’

Hoe zag een normale werkdag eruit vóór coronatijd?

‘Elke werkdag is anders, maar werkzaamheden als de lichamelijke verzorging van de patiënt, visites lopen met de arts en met een patiënt op transport voor bijvoorbeeld een ct-scan komen elke dag terug. Daarbij konden we als collegae elkaar makkelijk aanspreken, overleggen en evalueren. Zelf was ik bezig met de opleiding Intensive Care voor kinderen. Deze werd helaas on hold gezet omdat we opeens allen nodig waren op de volwassen IC.’

Wat is er veranderd in je werk sinds de uitbraak van het coronavirus?

‘In coronatijd werken we met beschermende kleding aan, wat nogal wat beperkingen geeft. We moeten meer letten op het (her)gebruik van materialen omdat er tekorten ontstonden. Bovendien zijn de werkprotocollen aangepast. Door de grote drukte die op de afdeling ontstond, was hulp nodig van collegae van andere afdelingen uit het ziekenhuis. Het op elkaar ingespeeld raken kost extra energie en goede communicatie.’

Is het werken op de Intensive Care nu zwaarder?

‘Het werk is nu fysiek zwaarder dan voor de pandemie. We dragen een overschort, masker en skibril, en bij bepaalde handelingen ook een spatscherm. Hierdoor krijgen we het snel warm en beslaat de skibril. Omdat je niet zo lang achter elkaar kunt werken met al deze beschermende middelen, wordt er vaker een pauze ingelast. Op de pauzemomenten van je collega krijg je echter zijn/haar patiënten erbij, wat weer extra druk geeft.’

‘Niet alleen lichamelijk is het lastiger, ook het mentale aspect valt zwaar omdat je patiënten niet goed kunt leren kennen. Het (video)bellen van de familie vind ik het moeilijkst. De afstand is groot maar je voelt de angst en zorgen. Normaliter sta je naast de familie bij de patiënt en leg je rustig uit waar alle infusen en slangen voor dienen. Dat stelt ze vaak gerust. Ook het familiegesprek met arts en verpleegkundigen over patiënten die langer op de IC liggen valt nu weg.’

Zie je blijvende veranderingen in de werkmethodiek?

‘Die zullen we zeker gaan zien, en daar maak ik me ook wel zorgen om. De politiek wil bijvoorbeeld dat er meer bedden komen op de Intensive Care-afdelingen. Maar daar is niet voldoende gekwalificeerd personeel voor. En scholing duurt 18 maanden. Ook zullen er wellicht vaste wijzigingen in het werkprotocol komen.’

‘Er is de afgelopen maanden veel gevraagd van het IC-personeel. We draaiden extra diensten en meer dan het dubbele aantal bedden. Daarnaast speelt bij veel verpleegkundigen ook de zorgen om onze CAO. Deze moet echt drastisch worden verbeterd, met een passende loonsverhoging daarbij. Dus ook daarin zal het een en andere moeten worden veranderd.’

Hoe houd je zelf het hoofd cool in crisistijd?

‘Op mijn vrije dagen werk ik graag in de tuin, ga ik fietsen of wandelen en speel ik spelletjes met het gezin. In het begin van het coronatijdperk leek het net of ik in een hele slechte film was beland. Zo zat ik een keer na het werk thuis in de zon naar muziek te luisteren, terwijl ik in gedachten de werkdag doornam. Ik merkte dat ik opeens een traan over mijn wang voelde rollen. Kennelijk moest ik dat even kwijt. Bovendien hadden we zorgen om een familielid dat tijdelijk in een zorghotel zat. Daar had ik ook graag willen helpen, maar ik vond het risico om haar te besmetten te groot. Het is belangrijk te herkennen als het even te veel wordt. Dan trek ik mij terug en ga ik muziek luisteren. Dat geeft me ontspanning.’